Overdenkingen

    Towards a philosophy of life

    Corné van Nijhuis

    In my search for “The mystery of existence” I regularly come across things that surprise me to a certain extent. The biggest surprises are often not the unexpected statements of things or completely new concepts, but the realization of the consequences of my underlying implicit assumptions. A good example of this is the underlying assumptions that I had when I, as a Christian and somewhat Calvinistically educated man, for the first time started to delve further into alternative philosophies of life that all give their own answer to the questions of existence.

    In my deepening of various philosophies of life, it soon became apparent that in addition to the many differences between the philosophies, it turned out that there are also many similarities. This in turn gives rise to a multitude of classifications, such as the distinction between spiritual and secular philosophies. Another distinction is that according to clustering of different aspects of society and the relationships of individuals with the world: this can be clustering from a behavioral, ideological, philosophical or religious perspective.

    However, one distinction arose for me that did not actually occur as such in the literature, but which did strike me: the distinction according to what I call “Indigenous philosophy” (I) and “Western philosophy” (W). To give substance to this, I will elaborate some differences.

    [1] (I) Spiritually oriented society. System based on belief and spiritual world.

    [1] (W) Scientific, skeptical. Require demonstrable evidence as a basis for conviction.

    [2] (I) There can be many truths; truths depend on individual experiences.

    [2] (W) There is only one truth, based on science or western style law.

    [3] (I) Society operates in a state of connectedness. Everything and everyone is related. There is a real belief that people, objects and the environment are all connected. Legislation, kinship and spirituality reinforce this connection. Identity arises from connections.

    [3] (W) Compartmentalized society, more and more.

    [4] (i) The land is sacred and is usually given by a creator or supreme being.

    [4] (W) The land and its resources must be available for development and extraction for the benefit of humans.

    [5] (I) Time is non-linear but cyclical in nature. Time is measured in cyclical events. The seasons are central to this cyclical concept.

    [5] (W) Time is usually linearly structured and forward-looking. The framework of months, years, days, etc. reinforces the linear structure.

    [6] (I) Feeling at ease is measured by the quality of your relationships with people.

    [6] (W) Feeling comfortable is related to how successfully you feel that you have achieved your goals.

    [7] (I) People are not the most important in the world.

    [7] (W) People are the most important in the world.

    [8] (I) The accumulation of wealth is important to the well-being of the community

    [8] (W) The accumulation of wealth is for personal gain

    When I look at “my reality” from this dichotomy, I notice every day that I grew up in a world with an emphatically Western perspective. At the same time, I notice that many of the problems facing the world (environment, difference rich / poor, discrimination / exclusion, stress / burnout, loneliness, etc.) are greatly amplified by these underlying assumptions and beliefs. I also notice that the solutions, as far as we can find them, lie in the assumptions and perspectives that exist in the indigenous perspective (sustainability, inclusion, citizenship / participation society, naturopathy, organic farming, etc.).

    However, I also notice that the steady awareness of my implicit underlying assumptions and beliefs helps me to slowly transform into a different, more indigenous world view. One that seems to me to be more in harmony with the mystery of existence than with the interweaving of the all. [Indra’s net]

    I hope to have been able to inspire you to (continue to) investigate your (often) implicit philosophy of life and its relationship with the quality of ‘the mystery of existence’.

    Back to Menu


    Op weg naar een inheems levensbeschouwing

    Corné van Nijhuis

     

    In mijn zoektocht naar “Het mysterie van het bestaan” kom ik met zekere regelmaat zaken tegen die mij tot op zekere hoogte verrassen. De grootste verrassingen zijn veelal niet de onverwachte verklaringen van zaken of volledig nieuwe concepten, maar de bewustwordingen van de gevolgen van mijn onderliggende impliciete aannames. Een mooi voorbeeld daarvan is de onderliggende aannames die ik had toen ik mij, als Christelijk en enigszins Calvinistisch opgevoede man, voor het eerst wat verder ging verdiepen in alternatieve levensbeschouwingen die allen een eigen antwoord geven op de bestaansvragen.

    In mijn verdieping van diverse levensbeschouwingen bleek al snel dat er naast de vele verschillen tussen de levensbeschouwingen bleek echter dat er ook vele overeenkomsten bestaan. Dit geeft weer aanleiding tot een veelheid aan indelingen, zoals het onderscheid naar spirituele en seculiere levensbeschouwingen. Een andere onderscheid is dat naar clustering van verschillende aspecten van de samenleving en de relaties van individuen met de wereld: dat kan zijn clustering vanuit gedragsmatig, ideologisch, filosofisch of religieus perspectief.

    Er ontstond voor mij echter één onderscheid dat als zodanig in de literatuur eigenlijk niet voorkwam maar wat mij wel opviel: het onderscheid naar wat ik noem “Inheemse levensbeschouwing” (I) en “Westerse levensbeschouwing” (W). Om hier invulling aan te geven zal ik enige verschillen uitwerken.

    [1] (I) Spiritueel georiënteerde samenleving. Systeem gebaseerd op geloof en spirituele wereld.

    [1](W) Wetenschappelijk, sceptisch. Aantoonbaar bewijs eisen als basis voor overtuiging.

    [2](I) Er kunnen veel waarheden zijn; waarheden zijn afhankelijk van individuele ervaringen.

    [2](W)Er is maar één waarheid, gebaseerd op wetenschap of westerse stijlwetgeving.

    [3](I) De samenleving opereert in een staat van verbondenheid. Alles en iedereen is gerelateerd. Er is een echte overtuiging dat mensen, objecten en de omgeving allemaal met elkaar verbonden zijn. Wetgeving, verwantschap en spiritualiteit versterken deze verbondenheid. Identiteit komt voort uit verbindingen.

    [3](W) Gecompartimenteerde samenleving, steeds meer.

     [4](I) Het land is heilig en wordt gewoonlijk gegeven door een schepper of opperwezen.

    [4](W) Het land en zijn hulpbronnen moeten beschikbaar zijn voor ontwikkeling en winning ten behoeve van de mens.

    [5](I) Tijd is niet-lineair maar cyclisch van aard. Tijd wordt gemeten in cyclische gebeurtenissen. De seizoenen staan ​​centraal in dit cyclische concept.

    [5](W) Tijd is gewoonlijk lineair gestructureerd en toekomstgericht. Het raamwerk van maanden, jaren, dagen enz. versterkt de lineaire structuur.

    [6](I) Je op je gemak voelen wordt afgemeten aan de kwaliteit van je relaties met mensen.

    [6](W) Je op je gemak voelen houdt verband met hoe succesvol je het gevoel hebt dat je je doelen hebt bereikt.

    [7](I) Mensen zijn niet de belangrijkste ter wereld.

    [7](W) Mensen zijn het belangrijkst in de wereld.

    [8](I) Het vergaren van rijkdom is belangrijk voor het welzijn van de gemeenschap

    [8](W) Het vergaren van rijkdom is voor persoonlijk gewin

     

    Als in vanuit deze tweedeling naar ‘mijn werkelijkheid’ kijk, dan merk ik dagelijks dat ik opgegroeid ben in een wereld met een nadrukkelijk westers perspectief. Tegelijk merk ik dat vele van de problemen waar de wereld mee te maken heeft (milieu, verschil rijk/arm, discriminatie/uitsluiting, stress/burnout, eenzaamheid, etc.) in zeer sterke mate worden versterkt door deze onderliggende aannames en overtuigingen. Ook merk ik dat de oplossingen, voorzover we die kunnen vinden,  gelegen zijn in de aannames en perspectieven zoals die in het inheems perspectief bestaan (duurzaamheid, inclusie, burgerschap/participatiemaatschappij, natuurgeneeskunde, biologische kweek, etc.).

    Ik merk echter ook dat de gestage bewustwording van mijn impliciete onderliggende aannames en overtuigingen mij helpt in het langzaamaan transformeren naar een andere meer inheemse levensbeschouwing. Een die voor mijn gevoel meer in harmonie lijkt te komen met het mysterie van het bestaan dan wel de onderlinge verwevenheid van het al.  [Indra’s net]

    Ik hoop je te hebben kunnen inspireren in het (blijven) onderzoeken van jouw (veelal) impliciete levensbeschouwing en de relatie daarvan met de kwaliteit van ‘het mysterie van het bestaan’.

    Back to Menu

     

     


    About the Author

    Corné van Nijhuis

    Mr Corne van Nijhuis is a scholar, deeply involved in the scientific study of philosophy and spirituality. Having been successful in his field, Mr Corne van Nijhuis has dedicated his time to the study and practice of Vedanta. Readiness to help always, a seeking mind, are some of his outstanding qualities. He has been a regular contributor to this magazine.