Divinity Within

     

        YOGA

    Kees Boukema

     

    “In the Patanjali philosophical system, the term ‘yoga’ has two meanings,” writes Swami Prabhavananda in The Spiritual Heritage of India (California, 1963, p. 226). The first meaning is: ‘Union with the true Self, or God’. The second meaning is ‘a method for achieving that union’.

    In a footnote on page 251, he points out that Patanjali’s system is essentially different from Hatha yoga. In Hatha Yoga is a particular emphasis on the practice of various postures: the asanas. Not spiritual freedom, but physical health is the main goal. But in his view, the practices of Hatha Yoga definitely have therapeutic value.

    These appreciative words received worldwide confirmation when the United Nations designated June 21 as the annual “International Yoga Day” on December 11, 2014 —  at the suggestion of Prime Minister Narendra Modi of India. “Yoga is a gift to the world from the ancient tradition of India,” said Modi. “Yoga embodies the unity of mind and body, of thinking and doing and the harmony between man and nature.”

    Spiritual leader of the Art of Living Foundation, Ravi Shankar, told the N.O.S. at the celebration of International Yoga Day on June 21, 2015 in Amsterdam: “Yoga is more than just fitness. The exercises are a remedy for the two biggest problems of our time: aggression and depression. With yoga you create a positive effect on yourself and on your environment.”

    International Yoga Day has helped make Hatha Yoga an international movement. Nowadays 1.6 million Dutch people ‘do’ yoga. Rita Datadin, chairman of ‘Hindoeraad Nederland’, is not entirely happy about this. In an interview in TROUW on 10 July, she says: “Yoga is reduced to gymnastics and breathing exercises […….]. While yoga is not about that at all. [….] Yoga is part of the Hindu philosophy of life. Yoga is not about a flexible body and a nice calm head, but it is part of a spiritual path. But you don’t see much of that at the average yoga school.”

    Sharda Nandram, professor of Hindu spirituality and society at the Free University in Amsterdam, shares these concerns: “Yoga is a way to optimally develop as a person. Postures play a role in that development, but they are not an end in themselves.” She refers to Patanjali and his Yoga Sutras that describe the philosophy of yoga to reach your ‘deeper self’, a higher consciousness. “The asanas or postures mentioned therein only serve as preparation for the next step: meditation.” When asked whether people should not give their own interpretation to yoga, she answers: “There must be room for their own interpretation, but at the same time that interpretation must not dominate. That is happening now.” Rita Datadin finds what is happening now paradoxical: “By practicing Yoga you gradually become detached from material things.[…], but now we see this turning into the opposite: the western perception of yoga reinforces the physical consciousness. […] in this way yoga ensures that people are spiritually further from home.”

    We may be able to learn something from the English clergyman Willam Booth. He worked with his “Christian Mission” in East London in the second half of the 19th century, with the aim of bringing Christianity to the masses. Booth soon realized that the people in the poorest part of London needed practical, physical and social help first and foremost. With an unwashed body and hungry stomach, a person has no need for a sermon. He therefore changed his approach. The name of his mission became “Salvation Army” with the slogan: “Soap, Soup and Salvation”. He and his wife Catherine distributed food to the poor and provided shelter and jobs for the homeless and street grinders. When basic necessities are met, people are more receptive to the gospel and to singing hymns.

    In today’s hectic, material-achieving western world, where alcohol and drugs are used to combat stress and depression, people are more likely to benefit from, and be interested in, physical and breathing exercises that put them in touch with themselves than with chanting mantras and meditation techniques. Realistic yoga teachers, they know all this and adjust their curriculum accordingly. Hatha Yoga can thus be a first introduction to, and perhaps a ‘stepping stone’ to, the yoga path as described in the sutras of Patanjali.

     

     

     


     

    Yoga

    Kees Boukema

         “In het filosofisch systeem van Patanjali heeft de term ‘yoga’ twee betekenissen”, schrijft Swami Prabhavananda in ‘The Spiritual Heritage of India’ (California, 1963, p. 226). De eerste betekenis is: ‘Union with the true Self, or God’. De tweede betekenis is ‘a method for achieving that union’. 

         In een voetnoot op pagina 251 wijst hij er op dat het systeem van Patanjali zich wezenlijk onderscheid van ‘hatha yoga’. Daar wordt vooral nadruk gelegd op de beoefening van diverse lichaamshoudingen: de asana’s. Niet spirituele vrijheid, maar fysieke gezondheid is het voornaamste doel. Maar de oefeningen van hatha yoga hebben zijns inziens beslist therapeutische waarde.

         Deze waarderende woorden kregen wereldwijde bevestiging toen de Verenigde Naties op 11 december 2014 – op voorstel van premier Narendra Modi van India –  21 juni aanwees als jaarlijkse “Internationale Yoga-dag”. “Yoga is een geschenk aan de wereld van de eeuwenoude traditie van India”, zei Modi. “Yoga belichaamt de eenheid van geest en lichaam, van denken en doen en de harmonie tussen mens en natuur.” 

         Spiritueel leider van de ‘Art of Living Foundation’, Ravi Shankar, verklaarde bij de viering van de Internationale Yoga-dag op 21 juni 2015 in Amsterdam tegenover de N.O.S.: “Yoga is meer dan alleen fitness. De oefeningen zijn een middel tegen de twee grootste problemen van deze tijd: agressie en depressie. Met yoga creëer je een positief effect op jezelf en op je omgeving.”

         De Internationale Yoga-dag heeft er toe bijgedragen dat ‘hatha-yoga’ een internationale beweging is geworden. Inmiddels ‘doen’ 1,6 miljoen Nederlanders aan yoga. Rita Datadin, voorzitter van ‘Hindoeraad Nederland’, is daar niet onverdeeld gelukkig mee. In een interview in TROUW van 10 juli j.l. zegt ze: “Yoga wordt gereduceerd tot gymnastiek- en ademhalingsoefeningen [……]. Terwijl yoga daar helemaal niet omdraait. [….] Yoga is onderdeel van de hindoeïstische levensfilosofie. Daar draait yoga niet om een soepel lichaam en een lekker rustig hoofd, maar is het onderdeel van een spiritueel pad. Maar bij de gemiddelde yogaschool zie je daar weinig van terug.”

         Sharda Nandram, hoogleraar hindoe-spiritualiteit en samenleving aan de Vrije Universiteit te Amsterdam deelt deze zorgen: “Yoga is een manier om je als mens optimaal te ontplooien. In die ontplooiing spelen lichaamshoudingen een rol, maar ze zijn geen doel op zichzelf.” Ze verwijst naar Patanjali en zijn yoga-soetra’s waarin de yogafilosofie wordt beschreven om tot je ‘diepere ik’, een hoger bewustzijn te komen. “De asana’s of lichaamshoudingen die daarin worden genoemd dienen slechts ter voorbereiding op een volgende stap: meditatie.” Op de vraag, of mensen aan yoga niet hun eigen invulling mogen geven, antwoordt ze: “Er moet ruimte zijn voor eigen invulling, maar tegelijkertijd moet die invulling niet domineren. Dat gebeurt nu wel.” Rita Datadin vindt wat er nu gebeurt paradoxaal:”Door Yoga te beoefenen raak je geleidelijk onthecht van materiële zaken.[…], maar nu zien we dit omslaan in het tegendeel: de westerse perceptie van yoga leidt er toe dat het lichamelijke bewustzijn wordt versterkt. […] op die manier zorgt yoga er voor dat mensen spiritueel juist verder van huis zijn.”

         We kunnen misschien iets leren van de Engelse predikant Willam Booth. Hij werkte met zijn “Christian Mission” in Oost Londen, tweede helft van de 19e eeuw, met als doel het christendom te brengen naar de massa. Booth begreep al gauw dat de mensen in het armste deel van Londen in de eerste plaats praktische, fysieke en sociale hulp nodig hadden. Met een ongewassen lijf en hongerige maag heeft een mens geen behoefte aan een preek. Hij wijzigde daarom zijn aanpak. De naam van zijn missie werd “Salvation Army” met als slagzin: “Soap, Soup and Salvation” Hij en zijn vrouw Catherine gingen voedsel uitdelen aan armen en zorgden voor onderdak en arbeidsplaatsen voor daklozen en straatslijpers. Als aan eerste levensbehoeften is voldaan zijn mensen meer ontvankelijk voor het evangelie en voor het zingen van hymnen.

         In de jachtige, op materiële prestaties gerichte westelijke wereld van deze tijd, waar alcohol en drugs worden gebruikt om stress en depressies te bestrijden, zijn mensen meer gebaat bij, en geïnteresseerd in, lichaams- en ademhalingsoefeningen die hen in contact brengen met henzelf, dan met mantra’s zingen en meditatie-technieken. Yogaleraren met werkelijkheidszin weten dat en stellen hun lesprogramma daar op in. Hatha yoga kan zo een eerste kennismaking zijn met, en misschien een ‘stepping stone’ naar, het yoga-pad zoals in de soetra’s van Patanjali is beschreven.

     


    ABOUT THE AUTHOR

    Kees Boukema has been a student of Vedanta and other philosophical systems for decades. He has contributed variously to the field of higher thinking. He has written numerous articles on philosophical subjects, reviewed books, and has translated important articles and books. Mr Kees Boukema’s most recent work is the translation into Dutch of the book The Practice of Meditation.

    Kees Boukema is sinds decennia student van Vedanta en andere filosofische systemen. Hij heeft divers bijgedragen aan het veld van hoger denken. Hij heeft belangrijke artikelen en boeken geschreven en vertaald. Het nieuwste boek van Dhr Kees Boukema is, De Beoefening van Meditatie.