The Master’s Spiritual Instructions
It would have been wonderful if the Master’s utterances, especially those concerning his divine practices, spiritual unfolding and experiences, had been recorded precisely and correctly, that is, immediately after they had heard them from him. When he spoke of knowledge (jnana), he was not speaking of anything else. Again, when he spoke of devotion (bhakti), he was speaking nothing but devotion. He pressed repeatedly. our mind that knowledge is insignificant and meaningless; that one should endeavor to acquire only spiritual knowledge, devotion and love.
The Master could seldom sleep at night. And didn’t allow it either, to the boys who lived with him. When others had gone to bed, he would wake his disciples and say, “What is this? Have you come here to sleep? Then he would instruct each disciple, and take him to the Panchavati, the Kali Temple, or the Siva temple, according to his inclination. After practicing japam and meditation as prescribed, everyone returned to the room and went to sleep. Thus the Master made his disciples work hard. Often he said: “Three classes of people stay awake in the night: the yogi, the enjoyer, and the sick. You are all yogis, so sleeping at night is not for you. ”
Sri Ramakrishna said. always: “Eat as much as you want during the day, but eat sparingly in the evening.” The idea is that the full meal eaten in the afternoon will be easily digested, and if you eat light in the evening, your body will stay light and so on.
can easily concentrate the mind. A heavy meal at night causes laziness and sleep.
Sri Ramakrishna encouraged everyone to practice meditation. A person falls out of spiritual life if he does not practice meditation regularly. The Master asked. his guru Tota Puri, “You have reached perfection, so why do you still practice meditation?” Pointing to his shiny copper pot, Tota Puri replied, “If you don’t clean copper every day, it will be covered with stains.” The Master always said, “The sign of true meditation is that you forget your surroundings. You will not even feel a crow sitting on your head.” Sri Ramakrishna reached that state. Once, while he was meditating in the natmandir, a crow sat on his head.
The temple garden of Dakshineswar, which Rani Rasmani created, offered everything Sri Ramakrishna. needed for the practice of sadhana. If you have real faith, love, and devotion, God will provide everything you need.
A monk saved 10,000 rupees at a bank. Hearing this, the Master said: “He who calculates pros and cons, plans for the future, will ruin his spiritual life.”
Usually the Master would not allow anyone to stay with him for more than two or three days, but once a young man stayed for several days. with him. That annoyed some devotees, and they complained to the Master that he was the. young man learned the way of renunciation. The Master replied, “Let him live a worldly life. Do I keep him from it? Let him first acquire knowledge and then enter the world. Do I teach everyone to renounce lust and gold? I speak of renunciation to those who need a little encouragement.” He always said to the rest, “Go and enjoy pork plum pickle and come here for medicine if you have colic.”
compiled by Mary Saaleman
DE SPIRITUELE INSTRUCTIES VAN DE MEESTER
Het zoiu geweldig zijn geweest als de uitspraken van de Meester , vooral die over zijn goddelijke praktijken, geestelijke ontplooing en ervaringen, precies en correct zouden zijn opgetekend, dat wil zeggen , onmiddelijk nadat ze ze van hem hadden gehoord. Wanneer hij over kennis ( jnana ) sprak, sprak hij nergens anders over. Nogmaals, toen hij sprak over toewijding ( bhakti ) sprak hij niets anders dan over toewijding. Hij drukte herhaaldelijk uit in. onze geest dat kennis onbeduidend en zinloos is; dat men zich moet inspannen om alleen spirituele kennis , toewijding en liefde te verwerven.
De Meester kon zelden slapen in de nacht. En stond het ook niet toe, aan de jongens die met hem leefden. Als anderen naar bed waren gegaan, maakte hij zijn discipelen wakker en zei: ” Wat is dit? Ben je hier gekomen om te slapen? Dan zou hij elke discipel instrueren, en hem voor meditatie naar de Panchavati, de Kali-tempel, of de Siva-tempel sturen, volgens zijn neiging. Na het beoefenen van japam en meditatie, zoals voorgeschreven, keerde iedereen terug naar de kamer en ging slapen . Zo liet de Meester zijn discipelen hard werken. Vaak zei hij : ” Drie klassen mensen blijven wakker in de nacht: de yogi, de genieter, en de zieke. Jullie zijn allemaal yogis , dus s ‘ nachts slapen is niet voor jullie bedoeld. ”
Sri Ramakrishna zei. altijd: ” Eet overdag zoveel als je wilt, maar eet spaarzaam in de avond.” Het idee is dat de volledige maaltijd die in de middag wordt gegeten, gemakkelijk zal worden verteerd, en als je in de avond licht eet , je lichaam licht blijft en zo gemakkelijk de geest kan concentreren. Een zware maaltijd in de nacht veroorzaakt luiheid en slaap.
Sri Ramakrishna moedigde iedereen aan om meditatie te beoefenen. Een persoon valt uit het spirituele leven als hij niet regelmatig meditatie beoefend. De Meester vroeg. zijn guru Tota Puri , ” Je hebt perfectie bereikt, dus waarom beoefen je nog steeds meditaite? ” Terwijl hij naar zijn glanzende koperen pot wees, antwoordde Tota Puri : ” Als je koper niet iedere dag schoonmaakt , zal het bedekt zijn met vlekken. ” De Meester zei altijd: ” Het teken van ware meditatie is dat je je omgeving vergeet. Je zult zelfs geen kraai op je hoofd voelen zitten. ” Sri Ramakrishna bereikte die staat. Eens , terwijl hij aan het mediteren was in de natmandir, zat er een kraai op zijn hoofd.
De tempeltuin van Dakshineswar , die Rani Rasmani heeft aangelegd, bood alles wat Sri Ramakrishna. nodig had voor het beoefenen van sadhana . Als je echt geloof, liefde en toewijding hebt, zal God in alles voorzien dat je nodig hebt.
Een monnik spaarde 10 duizend rupees bij een bank. Toen hij dit hoorde, zei de Meester: ” Hij die voors en tegens berekent, plannen maakt voor de toekomst, zal zijn geestelijke leven ruineren. ”
Gewoonlijk stond de Meester niet toe dat iemand langer dan twee of drie dagen bij hem bleef, maar eens bleef een jonge man meerdere dagen. bij hem. Dat ergerde sommige toegewijden, en ze klaagden bij de Meester dat hij de. jonge man de weg van verzaking leerde. De Meester antwoordde: ” Laat hem een werelds leven gaan leiden. Houd ik hem ervan af? Laat hem eerst kennis verwerven en dan de wereld. betreden. Leer ik iedereen af te zien van lust en goud? Ik praat over verzaking aan degenen die maar een beetje aanmoediging nodig hebben. ” Hij zei altijd tegen de rest: ” Ga en geniet van varkenspruim augurk en kom hier voor medicijnen als je koliek hebt.”
Mary Saaleman
is a Vedantist since three decades. Her life is Mother, Ramakrishna and Swamiji. She is a student of the lives of the Master, Mother and Swamiji and the Gospel of Sri Ramakrishna.
is een vedantist sinds drie decennia. Haar leven is Moeder, Ramakrishna en Swamiji. Ze bestudeert de levens van de Meester, Moeder en Swamiji en het evangelie van Sri Ramakrishna.